Van de meegebrachte zonnedeeltjes, die de Genesis sonde vanaf 2001 heeft opgevangen met een plaat van diamant en goud, is toch een deel gered. De sonde sloeg woensdag in de woestijn van Utah te pletter met een snelheid van maarliefst 160 kilometer per uur. De Amerikaanse Ruimtevaartorganisatie NASA maakte dit vrijdag op haar website bekend.
Na een allereerste onderzoek blijkt dat twee van de vier zonnecollectoren van Genesis zo goed als intact zijn op dit moment. De vier collectoren hadden sinds de lancering op 8 augustus 2001 deeltjes uit de zonnewind verzameld. Een zonnewind is een stroom van geladen deeltjes die zich in het hele zonnestelsel bevinden.
Als wetenschappers de meegebrachte zonnedeeltjes kunnen onderzoeken, kunnen ze waarschijnlijk meer te weten komen over de samenstelling van onze zon de onthullen en antwoord te geven op de vraag hoe de Aarde kon ontstaan uit wolken van sterrenstof.
De landing van de capsule van Genesis ging woensdag rond 18.00 uur Nederlandse tijd mis omdat de parachute, waarmee de capsule afgeremd zou worden, niet openging. Twee stuntpiloten uit de bekendste Hollywood-films hadden met een grote haak die zich aan de helikopter bevond naar de parachute moeten ‘hengelen’, met een diameter van slechts anderhalve meter. Later sloeg de sonde met een snelheid van 160 kilometer per uur op Aarde in de woestijn van Utah.