Volgens een onderzoek aan de sterrenkundige universiteit van British Columbia in Vancouver heeft de inslag van een asteroïde van 65 miljoen jaar geleden ervoor gezorgd dat er aards materiaal en aardse levensvormen naar andere hemellichamen binnen ons zonnestelsel zijn verspreid. Het onderzoek werd vandaag gepresenteerd op Lunar and Planetary Science Conference in Texas, Verenigde Staten.
Volgens de Canadese wetenschapper Brett Gladman, kunnen aardse levensvormen zich makkelijk verspreiden bij een inslag van een object op onze planeet. Inslagen in de deze categorie hebben namelijk genoeg kracht om aards materiaal tot ver in ons zonnestelsel te verspreiden.
Bij de inslag van een asteroïde ruim 65 miljoen jaar geleden, waarbij de krater Chicxulub onstond, werden stukken aardkorst met een hoge snelheid de ruimte in geslingerd. Aminozuren en bacteriën kunnen in deze situatie tot in de verste uithoeken van ons zonnestelsel geworpen zijn. De manen Europa en Titan lijken de voornaamste kandidaten te zijn voor andere leefbare hemellichamen in ons zonnestelsel.
Uit een computermodel kan geconcludeerd worden dat de stukken aardkorst ruim 4,5 miljoen jaar na de inslag de manen Europa en Titan hebben bereikt. De bacteriën kunnen volgens Gladman een reis van enkele miljoenen jaar in theorie overleven. Ondanks de uiterst gevaarlijke straling, luchtloosheid en kou buiten de atmosfeer van de aarde, bestaat er een grote kans dat bacteriën dit zullen overleven, zolang ze maar uit een sporevorm bestaan.
“Er bestaat een grote kans dat de aardse levensvormen de reis zullen overleven, maar door de enorme hoeveelheid energie die er vrijkomt bij een de inslagen de stukken aardkorst op het oppervlak van beide manen, kunnen de bacteriën ook op slag dood zijn geweest”, aldus Gladman.
Door de zwaartekracht van de gasreus Jupiter moeten de stukken aardkorst met een snelheid van 25 tot 40 kilometer per seconde in zijn geslagen op het oppervlak van maan Europa, terwijl met een snelheid van ‘slechts’ 10 tot 15 kilometer per seconde insloegen. Daardoor lijkt de kans grote dat de bacteriën het op Titan wél hebben overleefd bij de inslag op het oppervlak.
Saturnus’ maan Titan heeft een gemiddelde temperatuur van 170 graden Celsius onder nul. Ondanks die lage temperatuur heeft de atmosfeer van Titan erg veel weg van de dampkring rond de jonge aarde. Volgens wetenschappers is Titan op dit moment bedekt met organische moleculen, die als bouwstof voor leven kunnen dienen.
Ook op maan Europa kunnen levensvormen voorkomen, want de maan heeft mogelijk een grote met ijs bedekte oceaan van water, waar primitief leven zou kunnen rondzwemmen.
Bron: BBC