In een interview met de krant SP!TS zegt André Kuipers dat hij er zeker van is dat hij nog een tweede reis naar het ISS maakt. “Als ik een tweede keer vlieg, verwacht ik dat misschien in 2012. Dat wordt wel een langere vlucht van drie tot zes maanden. Er zijn drie dingen die mijn tweede vlucht kunnen dwarsbomen: als ik medisch word afgekeurd, als er weer een groot ongeluk in de ruimtevaart plaatsvindt of als ik ineens geen zin meer heb omdat mijn gezin te veel onder mijn werk lijdt. Als die dingen niet gebeuren, is de kans dat ik ga 100 procent, met potlood…”
“Zoals nu gepland wordt het Europese ruimtelaboratorium Columbus van ESA dit jaar aan het ISS vastgekoppeld. Vanaf dat moment hebben Europeanen recht op langere verblijven in de ruimte. Er zijn nog enkele wachtenden voor mij die eerder dan ik hebben gevlogen, dus ik ben pas over vele jaren aan de beurt. Het kan ook zijn dat ik al eerder moet inspringen voor de Canadese collega voor wie ik reserve ben. Ook hierbij is de vraag: wanneer? Ik denk op dit moment zelf dat die vlucht in 2008 of 2009 is. De kans dat ík dan al ga, schat ik op vijf procent. Maar mijn collega kán vlak van tevoren medisch worden afgekeurd. Dat gebeurt af en toe. Dan ben ik degene die er helemaal voor getraind is en moet gaan.”
Een normaal leven leiden is voor astronauten bijna niet mogelijk. “Dit werk is een aanslag op mijn privé-leven”, zegt Kuipers. “Door ISS zit ik zo’n 60 procent van mijn tijd in Amerika en Rusland. Mijn gezin (vrouw, twee dochters en een zoontje) komt daar soms heen. Ik ben ook veel in Keulen en Canada. Daar komt bij dat het beroep ruimtevaarder heel onzeker is. Je kunt niet plannen of ergens op bouwen. Dat is frustrerend. Maar ik houd mijn gezin goed in de peiling. Ik vraag me regelmatig af: Wil ik dit nog? En kan ik mijn vrouw en kinderen dit blijven aandoen?”
Voorlopig voorziet Kuipers geen problemen in de combinatie werk en privé. Met zijn vrouw heeft hij goede afspraken gemaakt en ESA stelt zijn gezin in staat naar Amerika of Rusland te komen. Kuipers blijft verslingerd aan zijn werk. Het is de verleiding van: eenmaal geproefd, wil je meer. Daarom wil hij ook dolgraag voor de tweede keer naar boven.
Kuipers: “Het is fantastisch om in de ruimte te zijn, maar de reis heeft mijn kijk op het leven wel veranderd. Dingen die ik al wist – dat het slecht ging met de aarde – voel je ineens, kun je zien. Het is een prachtige planeet met turquoise wateren en rode woestijnen. ’s Nachts is de aarde zo mogelijk nog indrukwekkender. Soms is de aarde boven je als je naar buiten kijkt en dan vlieg je onder allemaal verlichte steden door. Of je ziet de Nijl die als een goudkleurige slang door een gitzwarte woestijn kronkelt. Maar kijk je aan de dagkant langs de blauwe aarde, dan zie je het zwarte heelal. En dat is héél dreigend. Dan voel je de aarde ineenschrompelen tot een bolletje met een heel dun fluorescerend blauw laagje erom. Die dampkring die zo oneindig lijkt, is in vergelijking slechts zo dun als een uienschil.”
Toen kwam bij Kuipers een ander gevoel dat hem sindsdien nooit meer heeft verlaten. Een gevoel van kwetsbaarheid, van gevaar. “Je beseft ineens: ho, wacht even; dat eenzame bolletje hangt daar maar”, vertelt hij. “Het is tien kilometer water en tien kilometer lucht en dan houdt het op met het leven. Dat kan zo stuk zijn. En dan valt je ook op hoe snel je over gebieden, zoals het Amazoneregenwoud, heen bent. Hoe relatief klein dat gebied dus is. Je ziet bosbranden, en boven China en India is het heel heiig door luchtvervuiling. Toen wilde ik tegen mensen beneden zeggen: hé, pas op hè, je kunt niet onbeperkt doorgaan. Overstappen naar een andere planeet als het misgaat, kan niet.”
Bron: SP!TS