De storm van 18 januari was de zwaarste in vijf jaar. Langs vrijwel de hele kust stond geruime tijd een zware storm, windkracht 10. Tijdens de storm viel bijzonder veel neerslag, op veel plaatsen 50 tot 60 mm in 36 uur. Dat is bijna net zo veel als er normaal in de hele maand valt. Normaal levert januari 69 mm op. Vooral tijdens buien die vergezeld gingen van hagel, onweer, slagregens en zeer zware windstoten was het zwaar weer.
In Vlissingen is een uurgemiddelde windsnelheid gemeten van 26 m/sec, wat overeenkomt met 94 km/uur en windkracht 10 op de schaal van Beaufort. Daarmee heeft deze storm een plaats gekregen op de KNMI-tabel van zware stormen sinds 1901. In die ruim honderd jaar zijn nu in totaal 58 zware stormen voorgekomen. Elf van die stormen bereikten een uurgemiddelde van windkracht 11 en alleen op 6 september 1944 werd gemiddeld over een uur orkaankracht 12 gemeten.
De storm van 18 januari 2007 leverde op grote schaal zeer zware windstoten op van 120 tot 130 km/uur. Wilhelminadorp registreerde volgens voorlopige cijfers met 133 km/uur de zwaarste windstoot. Ook in het binnenland zijn op verschillende plaatsen tot ver landinwaarts zeer zware windstoten gemeten van 110 tot 120 km/uur. Herwijnen registreerde een vlaag van 124 km/uur.
De laatste keer dat ons land te maken had met een zware storm (met een uurgemiddelde van windkracht 10) was 27 oktober 2002. Die storm was met een uurgemiddelde van 101 km/uur en windstoten tot 148 km/uur nog sterker. De ergste storm van de laatste decennia was die van 25 januari 1990. De storm, die tijdens de avondspits zijn hoogtepunt bereikte, kostte aan zeventien mensen het leven. Deze storm bereikte een uurgemiddelde van windkracht 11.
Stormen zijn een onvermijdelijk verschijnsel in ons klimaat. Jaren achtereen gaan voorbij zonder storm van betekenis, maar soms volgt de ene zware storm na de andere. De atmosferische omstandigheden met een sterke straalstroom (een bijzonder sterke wind op zo’n 10 kilometer hoogte) en grote temperatuurtegenstellingen kunnen lange tijd zodanig zijn dat stormen gemakkelijk tot ontwikkeling komen. Lange tijd stormachtig was het het laatst in februari 2002. Toen kwam het op zes dagen tot storm, op 26 februari zelfs tot een zware storm woedde. Op maar liefst 21 dagen kwamen zware windstoten voor (windsnelheid tenminste 75 km/h).
Ook in 1990 was het lange tijd stormachtig met een zeer zware storm op 25 januari en een zware storm op 26 februari.
De storm, die Duitse meteorologen Kyrill hebben genoemd, ontstond boven de Atlantische Oceaan waar de zeer koude lucht uit het noorden van de VS in aanraking kwam met veel warmere subtropische lucht van zuidelijke breedte. Mede onder invloed van de sterke straalstroom (een zeer sterk windveld op ongeveer 10 kilometer hoogte) kon de depressie zich sterk ontwikkelen en kwam ze met grote snelheid onze kant op. De stormdepressie trok via de zuidelijke Noordzee richting Oostzee.
Volgens de Belgische VRT heeft de storm in heel Europa aan meer dan dertig mensen het leven gekost, waaronder vijf in ons land. Volgens de Deutscher Wetterdienst zijn op de bergtoppen in Duitsland de windsnelheden gemeten van 200 km/uur. De windmeter op de Wendelstein gaf 202 km/uur aan, op de Brocken is 198 km/uur gemeten. In het Duitse laagland (Artern) zijn snelheden gemeten tot 144 km/uur. Ook de Duitse meteorologen vergelijken de storm met storm Jeanett in oktober 2002. Duitsland heeft gemiddeld eens in de 10 tot 20 jaar met een storm als deze te maken.
Mocht je het weer voor de komende dagen willen weten, neem dan een kijkje op AstroVersums weerpagina: klik hier
Bron: KNMI