Enthousiasme en een groot aantal reacties van de wetenschappelijke gemeenschap in Europa kenmerkten de eerste stap op weg naar de invulling van ESA’s wetenschappelijk programma voor de periode 2015-2025. Zoals ESA’s algemeen directeur, Jean-Jacques Dordain, zei in zijn toespraak tot de gemeenschap op 11 april: “De toekomst begint vandaag”.
Op de uitnodiging voor het indienen van voorstellen van begin maart ontving ESA aan het eind van dezelfde maand ruim zestig ‘intentieverklaringen’. Daarin stellen Europese teams die zich wijden aan ruimtewetenschappelijk onderzoek dat zij voorstellen gaan doen voor nieuwe wetenschappelijke missies, en beschrijven zij hun voorlopige concepten. Het aantal reacties is anderhalf keer zo groot als dat op de vorige uitnodiging, in oktober 1999.
De missieconcepten lopen uiteen van het verkennen van Jupiter en zijn maan Europa tot het lanceren van satellieten voor de bestudering van oerknalstraling en het testen van theorieën over de uitdijing van het heelal. Andere voorstellen zijn het bestuderen van planetoïden nabij de aarde, het zoeken naar vloeibaar water op de kleine Saturnusmaan Enceladus en het vaststellen van de waarheid over gravitatie als fundamentele natuurkracht.
Op 29 juni ontvangt ESA de uitgewerkte missievoorstellen. Tussen oktober 2007 en half 2009 buigen ESA’s adviescommissie voor ruimtewetenschap en wetenschappelijke werkgroepen zich over de voorstellen om een voorlopige selectie te maken van drie ‘klasse M’-missies en drie ‘klasse L’-missies. Klasse M-missies zijn middelgrote projecten met een maximale kostprijs voor ESA van 300 miljoen euro. Klasse L-missies zijn grotere projecten waaraan ESA maximaal 650 miljoen euro bijdraagt.
Eind 2009 worden van deze drie klasse -M en drie klasse L-missies (plus LISA) er elk twee geselecteerd voor de definitiefase (de zogenaamde ‘fase A’). Deze fase wordt tussen begin 2010 en half 2011 uitgevoerd door Europese bedrijven en competitief uitbesteed. Eind 2011 wordt één klasse M- en één klasse L-missie overgenomen voor implementatie. De lancering is gepland voor 2017 respectievelijk 2018.
Bron: ESA