Smeltende exoplaneet van duizenden graden ontdekt

Sterrenkundigen hebben een wel heel bijzondere exoplaneet ontdekt. Exoplaneet TrES-3 draait namelijk in nog geen 31 uur rond zijn moederster, die door het leven gaat onder de onuitspreekbare naam GSC 03089-00929, en wordt waarschijnlijk met de minuut kleiner door de enorm hoge temperatuur van duizenden graden Celsius. TrES-3 staat op de tweede plek als het gaat om de snelheid van een omloop rond de ster, eerder werd namelijk een planeet ontdekt die er 29 uur over deed.

TrES-3 heeft een massa die bijna twee keer zo groot is als die van gasreus Jupiter en draait rondom een ster die vergelijkbaar is met onze Zon. De afstand tussen de moederster en de planeet is 0,0226 AU, een enorm kleine afstand in astronomische begrippen, wat overeenkomt met 3,39 miljoen kilometer. In een tijdsbestek van 1,3 uur wordt de moederster GSC 03089-00929 om de 31 uur vanaf onze planeet gezien bedekt door TrES-3.

Met de ontdekking van TrES-3 is de tijd er mogelijk gekomen dat wetenschappers opnieuw een nieuwe klasse Hete Jupiters gaan invoeren. Door Jonathan Fortney aan NASA’s Ames Research Center in Californië werd vorige week al een nieuw idee geopperd na de ontdekking van een exoplaneet met een temperatuur van 2040 graden Celsius. Eén klasse, zei Fortney, zou uit betrekkelijk ‘koele’ hete planeten bestaan, allemaal met een temperatuur van 700 tot 1300 graden en een andere klasse zou moeten bestaat uit de hetere Hete Jupiters, die met een temperatuur van 1700 graden of hoger. Maar met de ontdekking van TrES-3 moet er mogelijk nog een klasse hieraan toegevoegd worden.

Maar waarom is de planeet TrES-3 nog niet helemaal gesmolten? Dat vroegen wetenschappers zich direct af na de ontdekking van de bijzondere exoplaneet. Door de hoge temperaturen zou er al vrij snel verdamping optreden op TrES-3 en zou de exoplaneet als het ware ‘smelten’. De kans is dus groot dat de planeet recentelijk ‘geïmigreerd’ is en door een bepaald proces dicht bij de moederster is genesteld. Hoe dat is gebeurd is vooralsnog nog een raadsel voor wetenschappers, één van de honderden.

Bron: Arxiv