In 2009 moet het Mars Science Laboratory gelanceerd worden richting de buurplaneet van de aarde. Dit laboratorium moet de Martiaanse bodem doorzoeken en zo hopen wetenschappers dat er dan eindelijk leven op de Rode Planeet wordt gevonden, ook al zijn het ‘slechts’ micro-organismen. Nu wil de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie ook ervoor zorgen dat het laboratorium enkele bodemmonsters zal nemen, die vervolgens naar onze planeet gebracht moeten worden. Als de Marsrover daadwerkelijk microben vindt, kunnen deze dan naar de aarde verscheept worden?
Sinds de jaren zestig dromen wetenschappers er al van: bodemmonsters van Mars die op aarde onderzocht kunnen worden. Met behulp van deze monsters zouden wetenschappers beter in staat zijn om de geochemie van Mars, het klimaat van de buurplaneet van de aarde en de kans van leven op de Rode Planeet te achterhalen. Lang is dit een droom geweest, maar met de lancering van het Mars Science Laboratory lijkt deze droom weer een stuk dichterbij de realiteit te komen.
Een commissie van de ruimtevaartorganisatie, die sinds 1995 onderzoek doet naar de mogelijkheid van leven op Mars, zegt dat het grootste doel van de NASA is om bodemmonsters van de buurplaneet naar onze planeet te verschepen, en wel op de volgende manier: één of meerdere rovers zorgen voor de bodemmonsters, één ruimtevaartuig landt op de buurplaneet van de aarde en lanceert de monsters in een baan rond Mars en één ruimtevaartuig pikt de bodemmonsters op en reist terug naar de aarde.
Alan Stern van de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie verklaarde tegenover New Scientist dat ze de Europese ruimtevaartorganisatie ESA benaderd hebben om een soortgelijk systeem te verwezenlijken bij de missie van de Europese Marsrover ExoMars, die ook over een paar jaar de bodem van de Rode Planeet gaat onderzoeken. ESA heeft nog niet gereageerd. Stern hoopt dat zowel NASA als ESA met het plan akkoord gaan.
ESA’s ExoMars is bling bling