Een team van Japanse astronomen heeft met behulp van waarnemingen die verricht zijn door verschillende röntgensatellieten bepaald dat het supermassieve zwarte gat in de kern van ons melkwegstelsel niet altijd zo rustig is geweest als op dit moment het geval is. Dat blijkt uit de vondst van echo’s van een krachtige uitbarsting, welke driehonderd jaar geleden plaatsvond. De korte pauze zou er op kunnen wijzen dat er ons over niet al te lange tijd een nieuwe opleving te wachten staat.
Men vindt al lange tijd dat het centrale zwarte gat van de Melkweg te rustig is in vergelijking met de supermassieve zwarte gaten in andere sterrenstelsels. Ondanks het feit dat deze ongeveer vier miljoen keer zoveel massa bezit dan de zon straalt het zwarte gat veel minder straling uit dan normaal het geval is. Europese, Japanse en Amerikaanse röntgenstraling hebben echter aangetoond in het verleden veel actiever was en slechts een kleine pauze neemt na de uitbarsting van enkele eeuwen geleden. Het onderzoek vond plaats van 1994 tot en met 2005.
Het team heeft in dat tijdsbestek talloze wolken van gas in kaart kunnen brengen, welke zich in de buurt van het zwarte gat bevinden en verhelderden door de straling die vrijkwam bij de uitbarsting. Eén van de gaswolken heeft de naam Sagittarius B2 gekregen, die zich op een afstand van driehonderd lichtjaar van het zwarte gat bevindt. De straling die weerkaatst werd door deze wolk moet daarom wel drie eeuwen geleden vrijgekomen zijn bij een opleving. Vermoedelijk vindt er over een niet al te lange tijd een nieuwe uitbarsting plaats, wanneer er weer voldoende materie is aangetrokken.