Ruim drie miljoen kilometer per uur. Dat is de snelheid waarmee het sterrenstelsel NGC 7318b, dat op een afstand van ongeveer 280 miljoen lichtjaar van onze planeet verwikkeld is in een gravitationele strijd met drie andere stelsels, door een 130 jaar geleden ontdekte groep raast die ook wel Stephan’s Quintet wordt genoemd. Gas dat bij dit proces verwarmd door een schokgolf die het object teweeg heeft gebracht is nu in beeld gebracht door het observatorium Chandra, dat de sterrenstelsels in röntgenlicht heeft bekeken. Het lichtblauwe gas dat men heeft kunnen bestuderen is te zien in een compositieopname die mede tot stand is gekomen met behulp van een telescoop op het eiland Hawaï.
Dankzij de aanwezigheid van Stephan’s Quintet, dat bestaat uit de objecten NGC 7317, NGC 7318a, NGC 7318b en NGC 7319, krijgen sterrenkundigen de zeldzame mogelijkheid om een groep stelsels te observeren tijdens een proces waarbij een systeem dat gedomineerd wordt door spiraalstelsels die weinig röntgenstraling uitstoten zich ontwikkelt tot een systeem dat bestaat uit elliptische stelsels die een grote hoeveelheid röntgenlicht uitstralen. Vanwege het feit dat men getuige kan zijn van het desastreuze effect dat de botsingen teweegbrengen kan ons inzicht in de oorsprong van warme röntgenstalen die afkomstig zijn van heldere halo’s van gas in soortgelijke groepen vergroot worden.
Een deel van de opwarming in Stephan’s Quintet is veroorzaakt door supernova-explosies en stellaire winden die door de dichtbevolkte stelsels razen. Een grotere door de Europese ruimtetelescoop XMM-Newton ontdekte halo van röntgenlicht, welke niet op de opname zichtbaar is, zou het bewijs kunnen vormen voor eerdere botsingen tussen de sterrenstelsels die deel uitmaken van de groep. Ook wordt verondersteld dat binaire stersystemen van massieve sterren voor een deel voor de waargenomen röntgenstraling verantwoordelijk zijn. Wanneer dergelijke objecten materiaal verliezen door een nabijgelegen neutronenster of een zwart gat komen er namelijk röntgenstralen vrij.
Hoe groot is de kans dat er in die stelsels een “levende” planeet zit?
Hoe zou je dit fenomeen meemaken?
Is het dan allang gedaan met het leven? of is dat er bijna aan te komen?
De Melkweg komt als het goed is over een aantal miljard jaar ook in botsing met een ander sterrenstelsel: het Andromedastelsel (M31). Daar zal de aarde waarschijnlijk weinig last van hebben, al zijn wij dan al lang verdwenen.