Zwarte gaten zenden zogeheten Hawkingstraling uit, hetgeen ervoor zorgt dat zij energie en derhalve massa verliezen. De hoeveelheid straling die grote exemplaren uitzenden is minuscuul, maar zeer kleine zwarte gaten zijn in staat om hun massa in een kort tijdsbestek in een grote hoeveelheid energie om te zetten. Wat zou er gebeuren als men doelbewust een dergelijk zwart gat zou kunnen creëren? Volgens onderzoekers Lois Crane en Shawn Westmoreland van de Staatsuniversiteit van Kansas zouden deze objecten in dat geval de ultieme energiebron en aandrijving voor ruimtevaartuigen kunnen vormen.
Het tweetal heeft uitgezocht hoe men een klein zwart gat zou kunnen creëren en op welke manier de hieruit verkregen energie gebruikt zou kunnen worden om een ruimteschip aan te drijven. De onderzoekers ontdekten dat er een klein aantal zwarte gaten is dat klein genoeg is om kunstmatig gecreëerd te worden en enorme hoeveelheden energie te produceren, maar nog groot genoeg zijn om niet onmiddellijk in talloze deeltjes te ‘verdampen’. Het ideale zwart gat blijkt een massa van ongeveer een miljoen metrische ton en een grootte van ongeveer één-duizendste van die van een proton te hebben. (meer…)
De plek waar de kans om intelligent leven te vinden in ons melkwegstelsel het grootst is, is bij sterren die veel overeenkomsten vertonen met onze zon, zo blijkt uit een nieuwe studie. Volgens onderzoekers moet de aandacht in de zoektocht naar andere beschavingen gericht worden op sterren die ongeveer even massief zijn als de onze en een oppervlaktetemperatuur van tussen de 5040 en 5700 graden Celsius hebben. Dat zonachtige sterren goede kandidaten zijn in de jacht op werelden met (intelligente) levensvormen klinkt misschien niet verrassend, maar het is niet hetgeen dat men altijd veronderstelde. Dat kwam mede door het feit dat de aarde zich niet bij een ster met een lage massa in onze Melkweg, die het meest voor zouden komen, bevindt.
Zonachtige sterren zijn in de minderheid in ons stelsel – circa 93 procent van de sterren zijn minder massief, minder helder en koeler dan de zon. Hoewel de meeste sterren om ons heen tussen eentiende en de helft van de massa van ons vuur aan de hemel bezitten, zijn Daniel Whitmire en zijn collega John Matese van de Universiteit van Louisiana tot de conclusie gekomen dat de kans het grootst dat buitenaardse levensvormen zich bij deze minderheid schuilhouden. Rond massievere sterren zouden eerder planeten in de zogeheten bewoonbare zone draaien dan bij de gemiddelde ster in het melkwegstelsel. Hoe groter en massiever de moederster is, des te groter is de kans dat het de metgezel is van bewoonbare planeten, zo verklaart het tweetal. (meer…)